>> Home <<

 

Managementsamenvatting

 

Binnen de beroepspraktijkvorming vindt het leren plaats vanuit een apprenticeship-perspectief. Voor zover onderzocht onderscheidt dit perspectief zich op een aantal punten van het perspectief van het binnenschoolse leren. Zo is het duidelijk dat een leerbedrijf het begeleiden van leerlingen niet tot haar core business rekent.

Een en ander maakt dat de begeleiding van de BPV vanuit de school een specifieke taak is die zich nadrukkelijk onderscheidt van de begeleiding van het binnenschoolse leren. De buitenschoolse praktijkbegeleiding is een taak met een aantal eigen noties en specifieke ontwikkel-, volg- en coachings-instrumenten.

Er bestaat binnen onze instelling een expliciete behoefte

·         om genoemde noties en instrumenten te expliciteren en beter toegankelijk te maken,

·         om tot een nadere afstemming te komen van onderdelen van het binnen- en buitenschoolse leren, tot een sterkere integratie van de BPV in het gehele curriculum.

·         aan een of meerdere instrumenten voor BPV-docenten en praktijkbegeleiders om het BPV-leerproces te monitoren en …

 

‘Sorry hoor, maar dit leest geen hond.’

‘Hoezo, heb ik het niet duidelijk genoeg verwoord?’

‘Nee man, veel te uitgebreid. Hoeveel bladzijden krijgt deze notitie wel niet?’

‘Eh, ik zit momenteel op drie bladzijden. Praktijkleren en hoe je dit afstemt op het binnenschoolse leren is – da’s nogal ingewikkelde materie, weet je.’

‘Drie bladzijden? O God nee, veel te veel! Het moet hooguit één A4’tje zijn, meer niet.’

‘Hoezo, ze kunnen toch wel lezen?’

‘Niet zo cynisch, wil je! Die lui hebben nog wel wat meer te doen dan alleen jouw notitie lezen. Kom op, ik wil het op één A4’tje. Meer niet.’

 

Het leren binnen de beroepspraktijkvorming onderscheidt van het binnenschoolse leren. Dat heeft consequenties voor de begeleiding van de BPV vanuit de school. De buitenschoolse praktijkbegeleiding is een taak met een aantal eigen noties en specifieke ontwikkel-, volg- en coachings-instrumenten.

Er bestaat binnen ons onderwijsinstituut een expliciete behoefte … .’

 

’Met alle respect, dat verhaal over noties en instrumenten is wel aardig voor specialisten, maar managers moet je daar niet mee lastig vallen. Schrijf alleen maar op waarover ze een besluit moeten nemen. Ze hebben nog veel meer beslissingen te nemen. Als ze zich overal in moeten verdiepen, worden ze gek.’

‘Maar hoe kun je nou een besluit nemen als je niet weet waar het over gaat?’

‘Het gaat om de hoofdlijnen. De details moet je weglaten. Als ze die echt willen weten, dan komen ze wel vragen.’

‘Ja maar, de belangrijkste kwesties zijn nou juist heel specifiek en ….’

‘Half A4’tje.’

‘Ik wil niet moeilijk doen, maar de werkelijkheid werkt niet met hoofdlijnen. Hoofdlijnen bestaan alleen maar in ons hoofd. De werkelijkheid speelt zich vooral af in de haarvaten van de organisatie en hier komt het aan op details.

‘Half A4’tje! Begrepen?’

‘Goed, goed, goed.’

“Filosoof!’

 

In het beroepsonderwijs is sprake van binnenschools en buitenschools leren. Een voorbeeld van buitenschools leren is de BPV. De twee genoemde vormen van leren onderscheiden zich nadrukkelijk van elkaar. Ze vergen ieder een eigen vorm van ontwerp, didactiek en begeleiding. Er bestaat binnen ons onderwijsinstituut een behoefte … .’

 

‘Ontwerp, didactiek en begeleiding is iets voor onderwijskundigen. Indien gewenst kunnen die altijd nog geraadpleegd worden; moet je hier niet noemen. Gewoon één alinea schrijven. Maximaal acht regels. OK?’

‘OK?’

 

Studenten beroepsonderwijs moeten zich ontwikkelen in de beroepspraktijk. Ons onderwijsinstituut hecht veel belang aan een goede BPV.

 

‘Prima, uitstekend! Kijk, zo moet je dat doen. Het is de kunst om een beleidsnotitie zo voor te koken dat het alleen nog maar een hamerstuk is. Hmmm … ja, zo is het goed. Bedankt.’

‘Nou ehhh, graag gedaan.’

‘Trouwens, als ik dit zo lees, dan hoeft er eigenlijk helemaal geen besluit genomen te worden. Deze notitie spreekt gewoon voor zich. Ik denk dat ik het alleen maar ter kennisgeving toezend, wat jou?’

‘Mij best. Dan ga ik ondertussen het project uitzetten en investeringsaanvragen doen. OK?’

‘Ehhh? Hoe bedoel je? Had dit te maken met een project? Ehhh …. ohhh ja, nu je het zegt. Waar ging dat eigenlijk over?’

‘Oh, niets bijzonders. Gewoon de notitie goed lezen. Mocht je vragen hebben, dan hoor ik dat wel.’

‘O ja, …. Ehhh, prima ja, …….’

 

>> Home <<