Uiterste noodzaak

 

Velen zullen zich ongemakkelijk voelen wanneer de ethiek van oorlogvoeren ter sprake komt. Zoals gezegd, ethiek en oorlog lijken twee moeilijk verenigbare begrippen. Wanneer we iets zinnigs moeten zeggen over sociale principes van de vrije markt of de milieuvriendelijkheid van vliegvakanties, dan kunnen we nog vrijblijvend filosoferen en wellicht met enige humor constateren dat de schoen ergens wringt. Maar met ethiek en oorlog ligt dat geheel anders. Er is geen sprake van vrijblijvendheid. Van de vrije markt kunnen we beweren dat deze in principe niemand beoogt te schaden. Maar een oorlog schaadt altijd iemand en ook ik loop de kans gehavend en berooid te worden. En als ik direct betrokken raak, gerede kans dat onoplosbare morele dilemma’s, vuile handen en een knagend geweten onvermijdelijk zijn. Het meest nadrukkelijk geldt dat wanneer ik medeverantwoordelijkheid draag voor medemensen, wanneer ik tegelijkertijd met de rug tegen de muur sta. Het betreft situaties waarin je alleen nog maar kunt kiezen tussen twee kwaden. Het zijn situaties waarin sprake is van uiterste noodzaak.[1]

Een gevoel van noodzaak ontstaat door een conflict tussen collectieve overleving en mensenrechten. […] … een conflict tussen een utilistische en een absolutistische denkwijze. We weten dat er bepaalde effecten zijn die tot elke prijs vermeden moeten worden, en dat er soms bepaalde offers gebracht moeten worden die nimmer behoorlijk te vergoeden zijn. We moeten de mogelijkheid onder ogen zien, zegt [Thomas] Nagel, ‘dat die twee vormen van morele intuďtie niet samengesmolten kunnen worden tot een enkel, coherent ethisch systeem en dat het leven ons voor situaties kan plaatsen waarin een mens geen betamelijke morele optie heeft, geen schuldloze keuze, geen koers waarbij hij niet verantwoordelijk is voor kwaad’. Ik heb getracht de sterke onbepaaldheid van die formulering weg te nemen door te stellen dat politieke leiders vrijwel geen andere mogelijkheid hebben dan in dit dilemma de utilistische kant te kiezen. Daar zijn ze immers voor. Ze moeten kiezen voor het collectief overleven en de rechten die daarbij onverhoeds een obstakel blijken te zijn opzij zetten. Ik wil echter, net zomin als Nagel, niet zeggen dat hun daarmee geen schuld treft. Als er geen schuld in het geding was, zouden de beslissingen die ze nemen niet zo pijnlijk zijn. En ze kunnen hun eerbaarheid alleen aantonen door de verantwoordelijkheid voor hun beslissingen gewoon te aanvaarden en de last te dragen. (p459,460)

Onze moraal wordt meestentijds pas op de proef gesteld door de gewone pressie van een militair conflict. Meestal is het wel mogelijk, al is het niet eenvoudig, zich te houden aan wat de rechtvaardigheid eist. En meestal is ons oordeel over het optreden van militairen en politici heel helder. Hoe aarzelend ook, we zeggen ja of nee, goed of fout. Maar in uiterste nood wordt ons oordeel dubbel, dan weerspiegelt het het dualistische karakter van de theorie van de oorlog en de diepe complexiteit van ons morele realisme. We zeggen ja en nee, goed en kwaad. Dit dualisme geeft ons een ongemakkelijk gevoel. (p460,461)

 

 


[1] De hier genoemde keuze tussen twee kwaden moet overigens onderscheiden worden van wat je zou kunnen noemen ‘duivelskeuzen’ die acuut persoonlijk ondraaglijk zijn. Voor dergelijke keuzen staan bijvoorbeeld mensen die gemarteld worden: je vrienden verraden of zelf ondraaglijk lijden. Op indringende wijze is een duivelskeuze beschreven in William Styrons roman Sophie’s Choice. Een van de hoofdrolspelers, Sophie Zawistrowska, onthult aan een vriend het ontstellende geheim dat ze al vele jaren sinds haar verblijf in het concentratiekamp Auschwitz met zich meedraagt. De avond dat ze met haar twee kinderen in Auschwitz aankwam, dwong een nazi-dokter haar om te kiezen welke van haar beide kinderen meteen vergast zou worden. Als ze niet koos, zouden ze beide worden omgebracht. Uiteindelijk maakte Sophie de onmogelijke keuze. Ze besloot om haar dochter Eva op te offeren. Haar hart brak. Door de perverse kampbeul was ze gedwongen een onmenselijke keuze te maken die haar voor de rest van haar leven opzadelde met een ondraaglijke schuld.