>> Home <<

 

 

It’s All About Learning

Verslag van een bezoek aan het Online Educa 2012 congres in Berlijn

PT, 4 december 2012

 

Inhoud

Reaching Beyond Tomorrow.. 1

Not all NetGens are Digital Natives. 2

You Are a Sheep. 2

Over the Horizon. 3

Exit 5

Bijlage I – Bericht uit een technotoop. 5

Bijlage II – Slow experience and fast information. 6

 

 

Reaching Beyond Tomorrow

I heard it playing. It was brilliant!’ Sir Michael Barber stak zijn bewondering voor het technische hoogstandje niet onder stoelen of banken. Of hij het zelf live heeft aanschouwd of dat hij op Youtube heeft gezien (typ in: ‘3D printed violin’), onlangs was voor zijn ogen een viool ‘geprint’ met een 3D printer. Je moet nog wel geduld hebben – over een scheidsrechtersfluitje doet een Cube 3D printer van €1.000 een kwartier. Tijd genoeg om in de tussentijd even te SMS-en of te App-en. Maar deze thuisprinters worden steeds sneller en goedkoper

Bij de woorden ‘viool’, ‘spelen’ en ‘briljant’ moet ik altijd denken aan een Stradivarius. Elk jong viooltalent droomt ervan om ooit een van de circa vijfhonderd overgebleven Strads te bespelen. Volgens kenners is elk ervan uniek, met een geheel eigen persoonlijkheid. Een streling voor je oor en een rib uit je lijf.

 

Ik bevind me momenteel op een internationale conferentie voor hoger onderwijs en ICT. Het merendeel van de sprekers bejubelt de Cube 3D viool. Een 3D contrabas is een kwestie van tijd. Een enkeling denkt met weemoed terug aan de zeventiende eeuw van Stradivari. Toen konden ze nog violen bouwen! Iets soortgelijks geldt voor leren. Op twee manieren kan dit een briljante aangelegenheid zijn op de Stradivarius-manier of op de 3D-manier. De sprekers hier op de conferentie benadrukken vooral de 3D-manier.

Neem de Amerikaanse keynote speaker Mark David Milliron. Tussen zijn practical jokes door ratelt hij in staccato een speech af met soundbites als ‘massive transition, a dramatic change in learning, improving student outcomes, it’s worth every effort of ours, we have to get beyond it, courageous learning, it’s  social and learning networks, the e-harmony effect, ecosystem of learners and providers, the holy grail: big data is big deal’ en niet te vergeten ‘gamers will save the world!Adembenemend. Wat een performance en wat een snelheid! Don’t miss the train!

 

De eerder genoemde Barber is wat minder op jacht. Hier en daar aarzelt hij. Elke zin wordt een paar keer onderbroken met ‘ehh’. Maar zijn boodschap is niet minder pretentieus: ‘We live in a rapidly changing world. Learning is gonna change. An avalanche is coming (het woord tsunami ligt voor op de tong). ‘The content is ubiquitous, experience is all around, no campuses needed anymore. The classic local university of the 20th century will disappear in favor of the new global university.

De boodschap die ik al 15 jaar lang op dit soort conferenties hoor, klinkt indringender dan ooit: ‘Change is gonna come!

 

Bij dit tromgeroffel valt keynote Michael Grigsby een beetje uit de toon. In zijn presentatie toont hij verstilde filmbeelden. ‘I stand still and stop. With my flims I want to create time, space and silence to reflect, to feel, to question. I don’t want to be invaded by instant (gewoon een ander word voor ‘just in time’) information and instant gratification, just because I feel insecure.’ Inderdaad met zo’n tempo moet je niet bang zijn om de concentratie van je publiek te verliezen.

Als jochie van 14 jaar was Grigsby al gefascineerd door het medium film. Hij vroeg aan de directeur van zijn highschool toestemming om een film van de school te maken. Deze keek de puber met zijn wilde ideeën aandachtig aan, knikte en gaf hem 25 pond. ‘Hier, maak je film.’ Grigsby: ‘Though I took a hell of a risk, he believed in me. As a result I started to believe in myself. Learning is about developing a student’s imagination, his creative potential, his voice, his way to express, his believe, his engagement with the world.’  

 

Die zeldzame Stradivarius of die reproduceerbare 3D viool, it’s all about learning! Jammer alleen dat hier op de conferentie zelden duidelijk wordt gemaakt wat we nou precies onder leren moeten verstaan.  

 

 

Not all NetGens are Digital Natives

Een voordracht houden is een hele kunst. De Hamburgse Christine Hoffmann is geen prater, zeker geen loud voice. De inhoud van haar voordracht is ter zake, goed geformuleerd en goed onderbouwd. Een verademing.  

Jonge studenten van nu zijn mediavaardig. Het zijn digital natives, geboren met een smartphone in de hand. Gevolg: ze kunnen hun mediavaardigheid gemakkelijk inzetten ten behoeve van hun studie. Ziehier een veel gehoorde veronderstelling. Hoffmann maakt duidelijk dat dit in de praktijk vaak niet het geval is. En ook docenten ontberen vaardigheden op dit terrein. Om welke vaardigheden gaat het?

Voor het gebruik van digitale tools moet je grofweg drie zaken weten.

1.       Wat zijn de technische (intrinsieke) mogelijkheden van de tool. Hoe maak je bijvoorbeeld een wikipagina aan?

2.       Wat is het doel en het werkterrein van een tool bij algemeen gebruik? Een wordprocessor heeft slechts beperkte mogelijkheden en is dus niet bij uitstek geschikt voor het maken van presentaties.

3.       Wat is het doel en het werkterrein van de tool binnen didactisch gebruik? Hoe gebruik je sociale media binnen het onderwijs?

Uit het onderzoek van Hoffmann blijkt dat er bij studenten en docenten vergelijkbare en – aan hun rol gerelateerd – complementaire behoeften bestaan. Het gebruik van media en digitale tools is in veel gevallen niet bij de geboorte meegeleverd. Daar moet in het curriculum aandacht aan besteed worden.

 

Een vergelijkbare conclusie komt uit de mond van Tore Ståhl van het Finse Arkada-instituut. Een gangbare hypothese is dat de vrije toegankelijkheid tot media en informatie van invloed is op iemands onbewuste kijk op kennis en leren – op zijn epistemic beliefs. Bij digital natives zou dit effect nadrukkelijk aanwezig zijn. De vooronderstelling is dan ook: alle jongeren zijn digital natives. Hij heeft dit onderzocht bij studenten van de universiteit van Helsinki.

Op het gebied van algemene ICT vaardigheden, het vergaren van informatie, surfen en oriënteren op het internet en kennis en gebruik van basis Office tools scoort een substantieel deel slecht tot matig. De conclusie is dat lang niet alle jongeren digital natives zijn en dat de beschikbaarheid van media en digitale informatie hier niet doorslaggevend in is.

 

 

You Are a Sheep

De titel ‘You are Sheep’ nodigt uit. Voor de deur van de presentatieruimte word ik verwelkomd door door een kunstschaap die zijn kop om de deur steekt. Sinds 2005 is Jef Staes een kruistocht begonnen tegen de traditionele organisatie – in het bijzonder de intensieve studenthouderij die onder de naam ‘onderwijsinstelling’ alleen maar schapen voortbrengt. Passie en avontuur worden hier in de kiem gesmoord.

Waar heb ik dit eerder gehoord? Ivan Illich – Deschooling Society?

Gelukkig leven we nu in een wereld waarin hekken en hokken verwijderd worden. We hoeven niet meer datgene te reproduceren waar de goede herder destijds patent op had. In de 2D-wereld van de schapenfokkerij was informatie aan hem voorbehouden. Nu, in de 3D-wereld is informatie is overal te verkrijgen. The global 3D smart information wave is powered by passionate talents.’ Of zoiets.

 

Staes praat gemakkelijk, is humoristisch en lacht veel. Illich is interessanter. Ik verlaat de zaal; ik weet wel dat ik een kuddedier ben en kan daarmee leven. In de pauze zit ik op mijn gemak koffie te drinken, als Staes, zijn zoon en iemand van de universiteit van Gent aan dezelfde tafel komen zitten en een geanimeerd gesprek beginnen. Ik kan kiezen: rustig doordrinken of me met het gesprek bemoeien. Ik drink mijn koffie op en begeef me vast naar mijn volgende workshop – How to Improve Your Online Security? Hier staat geen schaap voor de deur maar een suppoost die me vriendelijk meedeelt dat de workshopleider heeft afgezegd.

Ik loop terug en meng me in het gesprek. Jef Staes, kennelijk is er geen ontkomen aan. Het gesprek gaat ongeveer zo.

JS

Heb jij een smartphone?

PT

Nee.

JS

Heb jij geen smartphone? Waarom niet?

PT

… ehhh, niet nodig.

JS

Maar als jij direct informatie wilt opzoeken?

PT

Kan toch op een computer.

JS

Maar als je die niet bij je hebt?

PT

Nou, dan zoek ik het later op.

JS

Stel, jij hebt een nieuwe medewerker nodig. Je kunt kiezen uit twee kandidaten. De een kan met media omgaan en effectief informatie vinden, de ander niet. Welke kies je?

PT

De indiaan.

JS

??

PT

Wie ik kies, hangt van veel meer factoren af dan alleen mediawijsheid.

JS

Stel, dat ik te klonen ben. Mijn kloon krijgt nog wat extra mediawijsheid. Wie kies je dan, mij of mijn kloon?

PT

Geef mij maar Jef Staes.

 

Dat kaliber. We geven elkaar een hand, we komen er niet uit. Ik vraag nog of leren alleen maar informatievergaring behelst. Ja, informatie is alles – ook een handeling of iets dat je ervaart. Uiteindelijk is het allemaal informatie.

Juist ja. Terwijl ik wegloop, denk ik: ‘Motivatie, behoefte, onbewuste neigingen ook? En passionate talents, ook informatie? Door de eeuwen heen hebben mensen een vreemd soort metafysica aangehangen. Daar is niet veel in veranderd.’

 

 

Over the Horizon

Het is ruim 40 jaar geleden dat Gordon Moore, mede oprichter van de chipsbakker Intel voorspelde dat vanwege de miniaturisering het aantal transistors in een microchip elke twee jaar zou verdubbelen. Nog onlangs bleek dat deze befaamde Moores Law de versnelling en verbetering van computers vrij nauwkeurig voorspelt.

 

Ook het begin van de tweede plenaire lezing van de Educa begint met een Le Mans start. Chair Salmon: ‘An amasing change in education is coming. There are several futures we can create. We have to choose the best.’

 

E-learning consultant Seb Schmoller kijkt terug naar de begindagen van de boekdrukkunst (niet het eerste congres waar historische terugblikken onze veranderingsgezindheid moeten stimuleren). In West-Europa hield de blokdruk het vijf eeuwen uit, de zetdruk met loden letters en matrijzen hield ruim drie eeuwen stand en de regelzet bijna een eeuw. Vanaf de vlakdruk en de fotodruk ging het snel. Tegenwoordig drukken we niet, we printen. Conclusie: na tweehonderdduizend jaren stilstand is de ontwikkeling van het species homo sapiens in een exponentiële stroomversnelling geraakt. Schmoller waarschuwt ten aanzien van informatietechnologie: ‘Some kinds of change are unstoppable.’

 

Keyvon Beykpour van Blackboard doet hier nog een schepje bovenop. Deze angry young manager (‘we still wear our student’s hats’) tovert indrukwekkende cijfers uit zijn broekzak. Huidige stand van zaken: 7 miljard mensen, 6 miljard mobile phones en 3 miljard tandenborstels. Op dit moment nemen we elke 2 minuten evenveel foto’s als in de gehele negentiende en twintigste eeuw, en ga zo maar door. Door de digitalisering worden alle maatschappelijke instituties in een sneltreinvaart ontmanteld. Telefonie, fotografie, het hotelwezen, taxi’s en cash betalingen, noem maar op – alles wordt disrupted.

 

Futuristische vergezichten gaan er het beste in met een beetje esthetische of ethische smeerolie, net zoals sprookjes het niet zonder een stiefmoeder kunnen stellen. De glimlachende Beykpour wijst erop dat slechte smaak (appreciating bullshit) snel aan het verdwijnen is, gezien de moderne nadruk op design. De getormenteerde Schmoller maakt zich er iets minder gemakkelijk van af met zijn ‘broad and ethical principles’. Hij wijst op de mogelijkheid tot een non market based production op basis van Tim O’Reilly’s ‘Changing the world by spreading the knowledge of innovators’. Vervolgens toont hij op het projectiescherm een afbeelding van tanige Afrikanen die computerafval verbranden om er bruikbaar koper uit te halen.

 

Ik ben diep in gedachten verzonken (zie bijlage), als mijn buurman mij er fijntjes op wijst dat mijn zithouding desinteresse uitstraalt. Inderdaad, ‘Over the Horizon’ is niet echt mijn ding. Hier en nu vind ik al lastig genoeg. Mike Trucano betreedt het spreekgestoelte. De voortekenen zijn niet gunstig. Tot nu toe heeft deze ICT & Education Specialist van de Wereldbank alleen maar op het podium zitten geeuwen. Dat belooft wat. Zodra hij echter begint te praten, steekt de storm vanaf het podium vanuit een andere richting: een top tien van valkuilen en mislukkingen bij de implementatie van ICT in onderwijs in ontwikkelingslanden. Dump hardware in schools and hope for magic to happen. Think of content after you have rolled out hardware. Don’t train your teachers. Et cetera …’ Een vette knipoog naar de ontwikkelde landen waarvoor deze valkuilen evenzeer gelden. Why does it keep happening over and over again? What do we know about using technology in education and do not want to admit? Nu is het de beurt aan Beykpour om wat onderuit te zakken. Trucano praat razendsnel, maar blijft ver weg van de horizon.

 

De meest interessante voordracht is de laatste. Aan het woord is Technology and Innovation Strategy Expert Ayesha Khanna. ‘Op de Amerikaanse beurs worden handelaren vervangen door zelf acterende machines.  De expertise en het gedrag van ‘s werelds  beste million dollars traders is op detailniveau geanalyseerd. Op basis hiervan de aldus verkregen algoritmen zijn de machines geïnstrueerd. De fijne neus wordt vervangen door subtiele algoritmen, Fingerspitzen door terabytes aan data. Big data is big deal. Als je in diezelfde smart machine de expertise van enkele eersteklas automonteurs stopt, dan kan iedere handige leek met het juiste gereedschap en een Google-bril op een kapotte Audi repareren. De enige vakman die we in de toekomst nodig hebben is de dataverzamelaar en de systeemanalist. Een viool is een kwestie van big data. Technology is nipping at our heels.’

 

Met technologie kunnen we zelfs ons lichaam verbeteren. Oscar Pistorius, de Zuid-Afrikaanse bladerunner behaalde de Olympische halve finales van de 400 meter mannen. Dove oudere jongeren – die lui die op een druk bezochte conferentie zo vlak naast je oor staan te schreeuwen – kunnen met een cochleair implantaat weer horen wat er in het struikgewas ruist. Technologie vermindert arbeidsplaatsen en optimaliseert het lichaam – de mens als faulty construction. Wie gaat dat allemaal betalen? Technology – friend or foe? Khanna houdt zich keurig op de vlakte.

 

 

Exit

Sinds kort blijkt dat Moore’s Law niet langer opgeld doet. Teveel elektronische circuits op een klein oppervlak, problemen om al die schakelingen van stroom te voorzien met als gevolg uitval van sommige schakelingen (black electronics). Toekomstverwachtingen zijn nooit wetmatig.

 

Het was een inspirerende conferentie. Dat kwam vooral door prachtige  collega’s die ik ontmoette. Een tafelgenoot uit Oman met een tulband en blote voeten in de sandalen. Een gedreven Australische fysisch geografe die momenteel in Kopenhagen en Wenen werkt. Een Zuid-Afrikaan waarmee ik de kerstmarkt op de Kurfürstendamm bezocht. Een Finse die tijdens de workshop zat te breien.

De lezingen  waren interessant, maar vooral de workshops vielen me tegen. Ook hier teveel vergezichten en te weinig praktische tools. Een van de grootste makkes is zoals altijd met dit soort conferenties het ontbreken van definities en het luchtfietsen op basis van speculatieve vooronderstellingen. Het gevolg: meer science fiction dan onderbouwde toekomstscenario’s.

Specifiek voor mij als vertegenwoordiger van het beroepsonderwijs was het ook nadelig dat het een hoger onderwijs conferentie betrof. Waar dit alles toe kan leiden, kunt u zelf onderzoeken in bijlage II.

 

 

Bijlage I – Bericht uit een technotoop

Ik zink weg in gepeins. Schmoller waarschuwt dat we ontwikkelingen niet tegen kunnen houden. Beykpour beweert: ‘Pedagogics don’t thrive devices, devices thrive pedagogics’. Voorzitter Gilly Salmon stelt: ‘An amasing change in education is coming. There are several futures we can create. We have to choose the best.Het begint me te dazen. Hoe moet ik deze retoriek begrijpen – vooral in onderlinge relatie? Het kan niet anders of ten minste één van deze sprekers kraamt onzin uit.

Is de aangekondigde verandering nog wel te beïnvloeden? In welke mate? Door wie? ‘We can create’ en ‘we can choose’, aldus Salmon? Wie bedoelt ze met ‘we’? Jij en ik? De massa? De politiek? Technici die aan de lopende band innoveren? Naar mijn idee leven we zo langzamerhand niet meer in een biotoop, maar in een technotoop. Hoe heeft een willekeurige verpleegster, ambtenaar of metselaar hier vat op? Verklaart u nader! Is het dezelfde ‘we’ als in ‘we kunnen het smelten van de poolkappen, het uitbreken van een nieuwe financiële crisis of het dreigende energietekort voorkomen’?

 

Met al die aangekondigde disruptions moet ik onwillekeurig denken aan De Shockdoctrine – The Rise of Disaster Capitalism van Naomi Klein. Hierin beschrijft de Canadese journaliste hoe na een disruption (tsunami, orkaan, burgeroorlog) de plaatselijke bevolking te verward is om zich tegen economische hervormingen te verzetten. Slimme investeerders maken handig gebruik van de ontreddering. Terwijl de overlevenden van de tsunami in Sri Lanka de doden begroeven, werden de stranden, de havens en alle publieke voorzieningen in sneltreintempo geprivatiseerd.

 

Is dit ook een complot waarin zelfbenoemde futuristen opzettelijk hun toekomstige disruptions profeteren? Opdat in de verwarring onze natuurlijke weerstand tegen veranderingen gebroken wordt. Vrij baan voor systeembouwers om hun nieuwe systemen te implementeren en voor producenten om allerlei hightech te slijten. Nee, die verklaring zou te gemakkelijk zijn. In dat geval hoef je alleen maar de boeven te ontmaskeren en dan heb je de zaak weer in de hand. Zo’n scheidslijn tussen boeven en redders bestaat niet. Nee, zoiets verloopt veel meer onbewust. Het zit in onszelf. Kunnen wij ons van onszelf redden?

 

Alles in de hand houden, dat is ons grote probleem. Op veel persoonlijke en maatschappelijke terreinen willen we graag de controle hebben. ‘Some kinds of change are unstoppable’ is dan ook ondraaglijk als het om ziekte of dood gaat. We wensen niet te geloven dat aan willekeur overgeleverd zijn. Tot voor een halve eeuw was het geloof hierin een bemiddelaar tussen hoop en wanhoop. Dat geloof leidt nu nog slechts een kwijnend bestaan. Vandaar het succes van antirimpel crèmes. Voor een weldenkend mens zou een toekomstige technocratie toch ondraaglijk moeten zijn? Wie wil er nou slaaf zijn van een systeem? Vandaar het succes van Huxley’s Brave New World en Orwell’s 1984.

 

Vreemd toch! Als het gaat om informatietechnologie lijkt geen congresganger zich te storen aan ‘Some kinds of change are unstoppable’. Sterker nog, we vinden het allemaal prachtig! Wanneer Beykpour aankondigt dat het hotelwezen en de taxibranche op de schop gaan vanwege allerlei nieuwe online services, tikt menige congresganger de naam van de service in zijn pad. Glunderend kijkt men elkaar aan: ‘Slim hè! Wat ze tegenwoordig allemaal niet bedenken!’

Waarom zijn de hier aangekondigde disruptions wel draaglijk? Zijn we misschien al zo gedesoriënteerd in de maalstroom van innovaties dat we onze toevlucht hebben genomen tot een onverklaarbare metafysica – een vooruitgangsgeloof? Zijn we zo betoverd door onze toekomstdromen dat we deze kritiekloos voor de realiteit aannemen? Of zijn we zo onder de indruk van onze eigen technische hoogstandjes dat we hoogmoedig in de Tiefschnee skiën op zoek naar de lawine?

 

Het is waar, vroeger konden we met techniek in de verste verte niet maken wat we konden fantaseren, nu kunnen we met onze fantasie in de verste verte niet voorstellen wat techniek allemaal voortbrengt. Ik zit onderuitgezakt en mijn buurman wijst me daarop.

 

Bijlage II – Slow experience and fast information

Ik sluit af met een eigen kleine workshop. Hierin komen de drie eerder genoemde bezwaren (ontbrekende definities, speculatieve vooronderstellingen en typisch hoger onderwijs) aan bod.

Onderstaand een vijftal beweringen die op het congres gemeengoed waren.

A.      The world gets disrupted, so education and learning are getting disrupted.

B.      Education is closely related to jobs, to productive work.

C.      Education now has a different meaning, we are talking about a different species.

D.      Pedagogic doesn’t thrive devices, devices thrive pedagogic

E.       We get better and quicker ways to do things.

 

Opdracht

1.

Bekijk deze beweringen. Onderstreep de woorden die een nadere definitie behoeven (zo nodig alle woorden onderstrepen).

2.

Welke bewering is

·         Vanzelfsprekend,

·         Wenselijk,

·         Kwalijk,

·         Onzin?

3.

Beschouw enkele fasen van het leerproces:

        I.            Concreet ervaren,

      II.            Gemotiveerd raken tot cognitief leren,

    III.            Waarnemen en reflecteren,

    IV.            Abstracte begripsvorming,

      V.            Eigen leerproces kunnen plannen.

Beantwoord vraag 2 opnieuw, maar nu voor elk van deze vijf fasen.

4.

Beschouw de volgende stelling. ‘Vergaren van informatie is slechts een beperkt deel van het leerproces. Vóór alles betekent leren je verbinden met de wereld, met je omgeving en met je innerlijke drijfveren.’
Vraag: In welke bovengenoemde fase van het leerproces is deze stelling vanzelfsprekend? In welke fase wenselijk, kwalijk of onzin?

5.

U heeft als ondernemer bij de Verenigde Naties een prestigieus project in de wacht gesleept: de wereld verbeteren. Ik kom samen met vijf klonen solliciteren voor de vacature van projectleider:

·         Lionel Tempelaar heeft precies mijn genetisch materiaal plus de benen van Messi;

·         Albert Tempelaar, plus de hersenen van Einstein;

·         Mahatma Tempelaar met het hart van Ghandi;

·         Bill Tempelaar met de bankrekening van Gates;

·         Leonardo Tempelaar met de ogen en de blonde haren van Di Caprio;

·         En ikzelf zonder verdere opsmuk.

Wie kiest u voor het opvullen van de vacature? Waarom niet?

6.

Beschouw de volgende stelling. ‘De unieke persoonlijkheid van een Stardivarius en de perfecte reproduceerbaarheid van de 3D viool – slow experience and fast information: it’s all about learning’. Onderstreep deze stelling met een dikke viltstift, schrijf hem met grote letters op je school- of smartbo(a)rd, zet er een groot uitroepteken achter en teken er een hartje bij.

 

 

>> Home <<