Smiley

Als ze op het vuur worden geworpen, vetrekken de lippen. Er verschijnen grimassen op hun gezichten. Vandaar de naam ‘smiley’. Het vuur is nodig om de wol weg te branden. Vervolgens worden ze in grote gamellen gekookt op een houtvuur. Als alles gaar is, worden de schedels door midden gekliefd. Vooral de hersenen en de tong zijn een lekkernij. Elke helft levert 20 Rand op (ca. €1,80). Zo verdienen deze vrouwen in Langa er een centje bij. ’s Ochtends vroeg hebben ze de hele schapenkoppen voor 20 Rand gekocht bij diverse slagers down town.

 

Langa is een oude township van Kaapstad. In de dagen van de apartheid woonden hier de zwarte arbeiders in primitieve woningen – one man, one bed; 4 bedden per kamer, 16 mannen per unit met één wasbak, één tafel en twee lange zitbanken. De familie bleef achter in de thuislanden. Eens per half jaar mochten de arbeiders enkele dagen naar huis. Langa betekent in Xhosa-taal ‘de zon’.

De apartheidsregering had de belangrijkste wijken van Kaapstad slegs vir blankies (whites only) verklaard. Op grond van de Group Areas Act van 1950 kregen zwarten en kleurlingen ieder hun eigen afgeschermde districts. Tegenwoordig tref je vrij veel zwarten en kleurlingen aan in Longstreet en in het uitgaansleven van de Waterfront. Vooral welgestelde. Toch zou je zweren dat de segregatie nog steeds van kracht is.

 

In de kleine township Langa wonen sinds jaar en dag zo’n  60.000 zwarten opeengehoopt. In Kayelitscha woont een veelvoud hiervan – momenteel 1,2 miljoen zwarten, vaak onder erbarmelijke omstandigheden. In 2001 waren het er nog ‘maar’ 300.000. Het is een onafzienbare vlakte vol met provisorische onderkomens, zanderige of – in de buurt van de kust – juist modderige sloppen. Hier en daar winkeltjes, handeltjes en aan elkaar geknupte elektriciteitsleidingen.

‘Als een man zijn kinderen zowel vlees als pap wil geven, is de trek naar de stand onvermijdelijk’, aldus voormalig ANC-leider Albert Luthuli. Nog steeds ontvluchten grote groepen het platteland. Onder hen veel mensen uit Mozambique, Congo, Zimbabwe en Malawi. De toestroom lijkt onstuitbaar. In de krant lees ik het commentaar van een verbitterde blanke boer die ‘zijn land’ naar de verdoemenis ziet gaan: ‘Laten ze thuisblijven. Wat hebben ze hier te zoeken?’ Voor even is hij vergeten dat zijn voorouders destijds om soortgelijke redenen naar Zuid-Afrika zijn getrokken.

 

Een bezoek aan de townships is een deprimerende ervaring. Armoede in Malawi is schrijnend, maar de levensvreugde lijkt er ongebroken. Alsof daar nog ruimte is om te ademen en creatief te dromen. Maar hier in Kayelitscha meen ik de verharding te voelen. Veel strakke gezichten staren me aan. Geen uitgestoken handen, gulle lach of vrolijke fluiters. Vooral zwijgzaamheid. Veel gezichten gaan schuil achter mutsen; de capuchons diep over de oren.

Sicelo, onze gids, prijst de inspanningen om de leefbaarheid in dit getto te bevorderen. De overheid bouwt hier stenen woningen, legt elektriciteitsvoorzieningen aan en leidingen voor drinkwater. Maar in dit tempo kan men de toestroom van nieuwe bewoners niet bijhouden. Sicelo vermeldt ook veel lokale initiatieven waaronder ambachtelijke werkplaatsen en scholingsprojecten, kunstmarkten en bijvoorbeeld het Farm and Garden Project van Rob Small en Vicky’s Bed and Breakfast voor de ultieme township experience. Diverse bewonersgroepen hebben zich georganiseerd tot Neighbourhood Patrols en Proud Residents.

Maar zo dikwijls lijkt het allemaal dweilen met de kraan open. In de zwarte townships heerst een werkloosheid van bijna 50%. Alcoholisme en drugsverslaving vormen een groot probleem. Criminaliteit, huiselijk geweld en tienerzwangerschappen zijn hiervan het trieste gevolg. ’t Is allemaal ‘schiet-schop-en-donner’, zou een Afrikaner zeggen.

 

Sicelo, die zelf in Langa woont, is zeer hoopvol. Het is een kwestie van lange adem, zegt hij, maar we komen er wel. Veranderingen doorvoeren doe je niet in een sprintje. Het is een marathon. We moeten geduld hebben met onszelf. Hij heeft echter weinig geduld met Jacob Zuma, de huidige Zuid-Afrikaanse president. Zuma is bijzonder populair bij de linker vleugel en de jongerenbeweging van het ANC. Men is gek op de veelvuldig gebalde vuist tijdens zijn toespraken. Gedurende heel zijn politieke leven wordt hij al achtervolgd door vermeende corruptieschandalen en andere verdachtmakingen. 

Zo is hij in 2005 voor verkrachting aangeklaagd door een dochter van een overleden vriend. Deze vrouw, Fezeka Kuzwayo, beschouwde Zuma als haar tweede vader. Zuma heeft toegegeven dat hij gemeenschap met haar heeft gehad, maar dat dit met wederzijds goedvinden was geschied. Een jaar nadien is Zuma vrijgesproken, wegens gebrek aan bewijs voor de aanklacht. Wel kreeg Zuma een berisping van de rechter omdat hij zonder condoom gemeenschap had met een seropositieve vrouw. Volgens Zuma volstond een goede douche om de kans op AIDS teniet te doen. Fezeka Kuzwayo heeft in augustus 2006 politiek asiel gekregen in Nederland vanwege de vele bedreigingen van

Zuma-aanhangers sinds haar aanklacht.

 

Sicelo foetert luidkeels dat ‘de tribalist’ Zuma het beeld van alle hoopvolle ontwikkelingen in Zuid-Afrika naar de buitenwereld toe bezoedelt. Zuma laat (deels op staatskosten) een enorm paleis bouwen voor zichzelf. Voor zijn vijf vrouwen komen er vijf bijgebouwen die door ondergrondse gangen verbonden zijn met zijn domicilie. Niemand, zelfs niet zijn nieuwe verloofde – ja, hij heeft er weer een –, hoeft immers te weten met wie hij de nacht doorbrengt. Voor zijn bewakers komen er onder meer twee voetbalvelden bij het paleis. Op mijn vraag op welke partij hij de volgende keer gaat stemmen, antwoordt Sicelo evenwel zonder mankeren: ‘het ANC!’

 

Tijdens onze township tour lopen met een groep Duitse, Franse en Nederlandse toeristen langs een geopende en stevig stinkende rioolput. Vanaf een vrachtwagen wordt een grote zuigslang in de put geschoven. Vier kinderen staan naar de werkzaamheden te kijken. Een Nederlandse toerist uit ons groepje roept: ‘Nou, dan nog maar eens een foto dan? Dat vinden die kinderen leuk. Ze willen zo graag op de foto!’ Ze loopt op de kinderen af. ‘Foto? You on the picture? Yes? You too? Do you want a picture? Yes? Yes, stand there! And smile hè! Smile! Bjoetifoel! Hier, dit is you! Do you see? Mooi hè! Gezien?’ Ze loopt terug naar de groep. ‘Wat een koppies, hè! Wat een lachebekjes!’

 

Kayelitscha met tegen de achtergrond de Tafelberg

 

Kayelitscha

 

Stroom aftappen in een township

Nieuwe nederzettingen ontstaan bij Houtbay

Uitgaanscentrum bij Waterfront