En dan nu de collecte

Vaak verhullen woorden meer dan ze onthullen. Met woorden nemen we altijd een beetje afscheid van onze ervaring. Neem daarbij de onhebbelijkheid om alles wat we waarnemen te classificeren en te rubriceren en het zal duidelijk zijn dat we voortdurend ongemerkt bezig zijn om onze ervaringen in mootjes te hakken. Daarmee bevestigen en bevredigen we ons overzichtelijke denkpatroon. Moet je die boom zien! Da’s een baobab, nietwaar? Ja die ken ik! Onzin, ik ken die boom helemaal niet.

 

In de kerk heerst het woord; in de katholieke kerk het Latijn en hier in deze katholieke kerk in Fatima het chichewa. De blijde boodschap klinkt hier onverstaanbaar. Maar dat wordt in ruime mate gecompenseerd door gezang, gegil, gedans, gelach, geklap, gekniel, geloop en achter de kinderen aan vangen. Deze kerk zit mutjevol. Uit de wijde omgeving zijn mensen toegestroomd, kleurrijk, op hun paasbest gekleed. De weldoorvoede priester heeft een groene toga aan.

 

Twee keer tijdens de viering is er een ‘betaalronde’. De eerste is voor de priester zelf. Het resultaat aan bankbiljetten wordt in twee kisten gedaan en door een swingende processie aan de priester geoffreerd. In de processie lopen vrouwen mee met schalen voedsel en andere giften. Een vrouw swingt moeiteloos met een enorme wasmand op haar hoofd. Zo te zien heeft de priester ook geen omkijken naar zijn huishouden. Hij krijgt de geest van boven en zijn natje en droogje van beneden.

 

Voor de tweede betaalronde beklimt een van de parochianen het spreekgestoelte. Met luide stem nodigt hij allerlei groepen uit de samenleving uit om geld te doneren. Als ik het goed hoor, worden in deze eindeloos lang durende, Mies Bouwman-achtige actie meerdere keren St. Cecilia en St. Theresia aangeroepen. Het koor zweept de menigte op. Om beurten komen groepen naar voren, opgehitst door een aanstekelijk ritme en een swingende meerstemmigheid, begeleid door een Yamaha kaasorgeltje met een dominante ritmebox. De stemmen en de heupen zijn authentiek Afrikaans. Een enkele gefortuneerde kerkganger opent de beurs, toont opzichtig het ene bankbiljet na het andere en laat deze met een sierlijke boog op de offerplaats neerdalen.

 

Mr. Allen die achter me zit, fluistert me toe: ‘Fund raising!’ Het is geld bedoeld voor het onderhoud van de kerk, de kleren van de misdienaars, de bladmuziek van het koor en de faciliteiten van het overige klerikale personeel. Mr. Allen geeft ons een seintje wanneer een geschikte groep wordt uitgenodigd. Hier kunnen we wel bij aansluiten, meent hij. We lopen naar voren. Susan en Trees beginnen mee te swingen met de groep. De kerk explodeert bijkans. Mijn soepele heupen vormen het hoogtepunt. Menige parochiaan proest het uit.

Aan de wand hangen de staties van Christus’ Kruisweg. Vanaf die portretten kijkt een ernstige en droefgeestige blanke toe. Al die vrolijkheid kan hem niet opbeuren.